Op Aswoensdag kwamen we traditiegetrouw samen in twee kerken als start van de veertigdagentijd. Tijdens de vieringen werd verduidelijkt waarom een vogelverschrikker ons, als symbool van de campagne van Broederlijk Delen, opwachtte. Hij moet verhinderen dat mens en dier eten van gewassen die besproeit zijn met gif. Verboden pesticiden worden namelijk nog steeds uitgevoerd naar het Zuiden. In elke viering zullen we de vogelverschrikker in ere herstellen als een natuurlijke beschermer van de gewassen en vruchten op het veld door de sproeier te vervangen door voorwerpen die een link hebben met de lezingen en een dynamiek van verandering en hoop uitdrukken.

Het hart met een scheur als kier, dat aangebracht werd, nodigt ons bij het begin van de vasten uit om ons naar God en elkaar te keren. Het askruisje dat we op het voorhoofd kregen mag voor ons teken zijn van hoop en geloof, van ommekeer en nieuw begin.