Een krans van rozen voor onze Hemelse Moeder
Op 15 augustus vieren we het hoogfeest van Maria Tenhemelopneming. We herdenken op deze dag dat Maria, de moeder van Jezus, aan het einde van haar aardse leven, met lichaam en ziel door God in de hemelse heerlijkheid opgenomen werd. Spreken van een hemelvaart is dus minder correct, omdat Maria niet op eigen kracht ‘opsteeg’, maar door God aan de aardse werkelijkheid werd onttrokken.
Rozenkransgebed
Voor velen kan dit een moment zijn om weer even bij Maria te vertoeven, al dan niet bij ons in de Visserskapel. Bij haar kunnen we altijd terecht om te danken maar ook als we verdrietig zijn, pijn hebben, kracht en moed nodig hebben. Soms vinden we geen woorden voor ons gebed. Daar kan het Rozenkransgebed ons bij helpen. Vooral de iets ouderen onder ons zullen het bidden van de rozenkrans (of een verkort rozenhoedje) wellicht op jonge leeftijd geleerd hebben. Een gebed waarin Bijbelse geheimen of mysteries uit het leven van Maria en Jezus overwogen worden: blijde, droevige en glorievolle geheimen. Later zijn daar, onder paus Johannes-Paulus II, de geheimen van het Licht nog bijgekomen. In de Visserskapel vormen deze 15 mysteriën het decor van de Rozenkransommegang.
Rozenkransommegang
Vorig jaar, in de junimaand, gaven leden van de Confrérie van ’t Vynckx- en Woutermansambacht de Visserskapel én de kapellen van de Rozenkransommegang in het processiepark(1) met een frisse laag verf een grondige en vooral kleurige opknapbeurt. De kapel en de vijftien mysteriën schitteren weer als tevoren in hun groene omkadering.
Op 26 april 1952 diende pastoor Theodoor Vandenbussche een bouwaanvraag in voor de oprichting van de Rozenkransommegang. Het Bestuur van Stedebouw verleende daartoe machtiging op 18 juni 1952 en vijf dagen later, op 23 juni werd de bouwvergunning ondertekend door het Schepencollege van Bredene. In hetzelfde jaar 1952 werden de acht kapellen vervaardigd en geplaatst door de Oostendse aannemer G. Marest-Huys, naar een ontwerp van architect Smis. Een keramiektegel onderaan één van de kapellen herinnert hieraan. Het ontwerp dateerde al van 15 januari 1944, toen E.H. Richard-Emile Hollebecq pastoor en E.H. Jules Emile Ghyselen onderpastoor waren.
De mysteriën
De Rozenkransommegang werd geschonken door een (anonieme) Oostendse familie, als dank voor een verkregen ‘gunst’, de vernieling van een Duitse duikboot in de haven van Oostendein 1941. Op de acht betonnen witgeverfde kapelletjes met een rood pseudo leiendak figureren op de voor- en achterzijde de vijftien blijde (BI-V), droevige (DI-VI) en glorieuze (GI-V) mysteriën in keramiektegels. Onder de afbeeldingen lezen we de omschrijving van het mysterie, erboven het nummer. Ook het nummer en de beschrijving werden uitgevoerd in keramiektegels. Boven afbeelding 16 prijkt de letter M, eronder het opschrift ‘O. L. Vrouw van de rozenkrans B.V.O.’
Maria’s fotoalbum
De 15 Mysteriën van de Rozenkrans op een rij vormen als het ware Maria’s fotoalbum, maar dan één dat niet alleen de blijde en de glorierijke momenten, maar ook de droevige ogenblikken toont. De blijde mysteries handelen over Maria als aanstaande en jonge moeder: de boodschap aan Maria, het bezoek van Maria aan Elisabeth, de geboorte van Jezus, de opdracht van Jezus in de tempel, het terugvinden van Jezus in Jeruzalem.
Waar men in een gewoon fotoalbum niet graag wil herinnerd worden aan zijn verdriet zijn hier de droeve mysteriën wél present, om eerlijk te laten zien hoe het leven is: de doodstrijd in de Hof van Olijven, de geseling, de doornenkroning, de kruisdraging en de kruisdood van Jezus. Is Maria eerst getuige van Jezus’ glorierijke mysteries zoals de Verrijzenis en de Hemelvaart, alsook bij de neerdaling van de Heilige Geest over de apostelen, dan speelt Maria de hoofdrol bij de laatste twee: haar tenhemelopneming én kroning in de hemel.
Perignem
“Maar wie ontwierp, wie tekende en schilderde dan wel de keramieken?”, vroegen we ons af. De naam onderaan de afbeeldingen – van de ’dader’, veronderstelden wij – konden we met het spreekwoordelijke blote oog niet ontcijferen … We gingen dus verder op zoek.
Een digitale close-up en een heuse uitvergroting van de ‘handtekening’ brachten uitsluitsel: ze leverden het woord ’Perignem’ op, van het Latijn ’per ignem’, wat ‘door het vuur’ betekent. Een heel toepasselijke benaming voor wat met behulp van verhitting door vuur gemaakt wordt. De keramiektegels werden ontworpen en gebakken in het keramiekatelier ‘Perignem’ uit Beernem, in 1950 opgericht door de broers Rogier en Laurent Vandeweghe. Rogier had een artistieke opleiding gevolgd, Laurent nam het technische aspect voor zijn rekening. De ontwerpen van de afbeeldingen op de ‘kapellen’ van de Rozenkransommegang aan de Visserskapel en de uitvoering ervan zijn dus ongetwijfeld van de hand van Rogier Vandeweghe.
Perignem maakte sier- en gebruiksvoorwerpen: kruiken, kannen, asbakken, kleine en grote vazen; ook reliëfs, tegels en tegeltableaus en beelden voor kloosters, kerken en privéwoningen en ook soms muurschilderingen. In 1955 al verliet Rogier ’Perignem’. Samen met zijn vrouw Myranna Pyck richtte hij het later (1960) ‘Amphora’ genoemde keramiek- en glasraambedrijf op in Sint-Andries Brugge. In de jaren negentig begon hij ook aquarellen te schilderen. In een aantal West-Vlaamse kerken, onder meer de abdijkerk Ten Putte in Gistel, bevinden zich glasramen of andere kunstwerken van Rogier Vandeweghe. En dus ook in Bredene, aan de Visserskapel. Beslist een bezoekje waard!
(Dierk Rotsaert & Johan Vervaeke)
(1) “Een processiepark is een park dat zich soms bevindt bij een kerk of bedevaartsoord. Het is een uiting van de katholieke religie. Het is een parkachtig terrein waarin zich een aantal beeldengroepen, kapelletjes, podia en dergelijke bevinden. Vaak zijn er ook kapelletjesreeksen die refereren aan de veertien kruiswegstaties, de zeven smarten van Maria, de twintig geheimen van de rozenkrans en dergelijke, waarlangs men een ommegang kan maken. Bedevaartgangers kunnen hier wandelen en mediteren en in het algemeen is er ook een openluchtaltaar waar openluchtmissen of andere godsdienstoefeningen kunnen worden gehouden.” (Wikipedia)