Reis naar Assisi
Begin juli was het dan eindelijk zo ver. Na zoveel verhalen van parochianen die ooit de tocht hadden meegemaakt met priester Geert, kwamen wij met een groepje van 6 aan in Italië om naar Assisi te gaan. Twee anderen zouden ons daar met de wagen vervoegen. We zouden dus in totaal met 8 zijn. Na een oponthoud in de luchthaven, namen we een gehuurd busje om de laatste etappe naar de stad van Franciscus aan te vatten. Daar aangekomen is er tijd om te acclimatiseren, het is er zonnig en warm en dat zal heel onze reis zo blijven, op enkele buien na die voor een welkome verfrissing zorgen. De zon die de naam gaf aan het zonnelied van Franciscus: Wees geprezen, mijn Heer, met al uw schepselen, vooral door mijnheer broeder zon… van U, Allerhoogste, draagt hij het teken. Priester Geert is onze gids en chauffeur en zal goed voor ons zorgen.
Het verblijf in Assisi is bij een familie waar onze gids duidelijk te gast is, hij wordt er verwelkomd alsof hij er al jaren komt en dat blijkt ook zo te zijn. Hij heeft de ouders van de beide zonen gekend. Ze begroeten hem als één van hen. Als ze horen dat iemand van het reisgezelschap ook Italiaans spreekt, wordt dat door hen positief onthaald. Engels is geen probleem, maar het is zoveel gemakkelijker… al is het maar om de menukaart te ontcijferen.
De reis in Assisi is kort gezegd een reis met Franciscus, niet de paus natuurlijk, maar wel de figuur die leefde op het einde van de 11e, tot begin 12e eeuw. Vele plaatsen ademen zijn geest als je de verhalen erbij neemt en je niet blind staart op de vele commerciële stalletjes. Af en toe kom je zijn vrienden tegen en ook Clara die haar ouderlijk huis ontvluchtte om een leven te leiden voor God, volgens de inzichten van Franciscus. Die inzichten zijn: het evangelie durven letterlijk te nemen en dus de fysieke armoede liefhebben zonder de geestelijke armoede en de eenvoud van hart te vergeten. Het is zo eenvoudig, dat we het allemaal vaak vergeten.
Zo bezochten we vele plekken die met Franciscus verbonden blijven: Assisi zelf met beide basilieken boven elkaar gebouwd. De Santa Chiara, waar het kruis hangt dat in de San Damiano sprak tot Franciscus: “Herstel mijn kerk”. De Porziunculakapel in de Santa Maria degli Angeli, waar we de zondagsmis meemaakten en waar mensen na de mis de muren kusten uit pure devotie. De Carceri, waar de grotten liggen waar Franciscus en de broeders als kluizenaars leefden. Laverna, waar hij de stigmata ontving. Het eiland van Trasimene, waar een beeld van de heilige staat. Het zijn zovele verhalen en zoveel mooie herinneringen. We bezochten ook Orvieto, waar de gotische kathedraal op de heuvel met haar gestreepte muren doet denken aan de watertoren van Bredene en de vuurtoren van Oostende.
Toen we na een weekje thuiskwamen, waren de vele belevenissen als een waterreservoir op het dak van een huis in een warme zomer: een welkome verfrissing als je het kraantje van de herinneringen open draait. We hebben er veel deugd aan beleefd.
(Nikolaas)