Een salesiaanse Turijnreis

Een salesiaanse Turijnreis

30 september 2019 Uit Door decaproen@hotmail.com

In de voetsporen van Don Bosco


Van 11 tot 17 augustus verbleven Johan Vervaeke, parochieassistent en zijn vrouw Kristine, samen met pater Jos Claes en twee gezinnen met jonge kinderen, in de streek van Turijn. Ze waren uitgenodigd om in de voetsporen van Giovanni Bosco de weg af te leggen die hij tussen 1815 en 1888 ondernam om zijn droom waar te maken. Een eigentijdse pelgrimstocht, een inspirerende reis doorheen de golvende heuvels van Piëmont en de zinderende stad Turijn.

Het Instituto Salesiano aan het meer van Avigliana (c) J.V.

Vertrokken om 6.00 uur vanuit Leuven komen we, na enkele tussenstops, om 18.55 uur aan in het Istituto Salesiano “Madonna dei Laghi” in Avigliana, een prachtige locatie aan een meer, zo’n 20 kilometer buiten Turijn. We worden er hartelijk verwelkomd door don Franco en zijn vijf confraters en nemen meteen onze intrek in de eenvoudige kamers van het gastenverblijf. Na een kort aperitiefmoment schuiven we om 19.30 uur aan tafel aan en maken kennis met de Italiaanse eetgewoonten. De avond eindigt met een avondwoordje, een kort verhalend bezinningsmoment, in de kapel. De kinderen gaan slapen, de volwassenen settelen zich op het terras om er, onder het nuttigen van een geestrijk drankje, de volgende dag te plannen. Dit avondgebeuren zou het stramien worden van de komende dagen.

Het geboortehuis van Giovanni Bosco in Becchi © J.V.

Questa è la mia casa
Om 7 uur worden we gewekt door de klokken van het kerkje. Om 8 uur is het ontbijt voorzien. De eerste dag trekken we naar Becchi, de geboorteplaats van Giovanni. Een bezoek aan het huis waar hij zijn kinderjaren doorbrengt, leert ons dat hij al van in zijn jonge leven geconfronteerd wordt met onbegrip en armoede. Als jonge weduwe blijft mamma Margherita immers alleen achter met de zorg voor de drie kinderen. Met de weinige middelen die ze heeft en met grote werkkracht en doorzettingsvermogen slaagt ze er in haar kinderen een strenge én warme opvoeding te geven, met grote aandacht voor het geloof. Ondanks het feit dat ze het moeilijk hebben om financieel rond te komen, merkt Giovanni ook de zorg van zijn moeder voor bedelaars en zwervers. Vlakbij op de heuvel ligt de imposante basiliek van Don Bosco, die twee bovenliggende kerken omvat. Op de onderste verdieping domineert marmer, de bovenkerk is volledig bekleed met beukenhout. Boven het altaar hangt een reusachtig beeld van de verrezen Heer. Met zijn breed open armen verwelkomt Christus iedereen.

Het 8 meter hoge en 6 meter brede beeld van de verrezen Christus in de Basiliek van Don Bosco in Becchi © J.V.

Na de picknick wandelen we naar Morialdo en komen voorbij het geboortehuis van Dominiek Savio. We vallen even stil in het kerkje waar Giovanni vaak naar de mis gaat en er kennismaakt met Don Calosso in wie hij een vaderfiguur en gids vindt. Hier worden zaadjes gestrooid… Een aankomend onweer doet ons even later noodgedwongen een ijssalon opzoeken in Castelnuovo Don Bosco. Onze eerste gelato… er zouden er vele volgen. Na de maaltijd en het avondwoordje ontwikkelt zich tussen pot en pint een geanimeerd gesprek over de toekomst van de jongeren in de Kerk.

De kinderen op de schoolbanken tijdens de interactieve tentoonstelling in Chieri (c) J.V.

Een vrolijke bende
Buon giorno a tutti! Na het ontbijt vertrekken we naar Chieri, een goed uitgebouwde provinciestad. Als 16-jarige vat Giovanni hier zijn middelbare studies aan en volgt hij later de priesteropleiding aan het seminarie. We worden ontvangen in de plaatselijke Don Boscoschool en gaan met onze salesiaanse gids op verkenning. We starten in het Seminarie van de heilige Filippus waar Giovanni filosofie en theologie studeerde. We worden er meegenomen doorheen een audiovisuele tentoonstelling rond het leven van Don Bosco. De wandeling brengt ons verder langs de belangrijkste plaatsen, gerelateerd aan het leven van Don Bosco. Hier brengt hij immers een groot deel van zijn jongvolwassen leven door. In ruil voor twee zakken meel krijgt hij een kamer ter beschikking bij een weduwe. Ingrijpende ervaringen op deze plek te midden van Chieri bepalen de verdere levenswandel van Don Bosco. Vlakbij bevindt zich de jeugdgevangenis en dagelijks wordt hij dan ook geconfronteerd met de vele jeugdige delinquenten. Het zet hem aan het denken… Hij moet er ook enkele keren verhuizen en om de huur en zijn studies te betalen, gaat hij allerlei klusjes uitvoeren (als huishoudhulp, bij een schrijnwerker, een kleermaker,…). Hij woont zelfs enkele maanden onder de trap van een café, waar hij barman is. Nabij dit café bevindt zich de kerk van de paters Jezuïeten. Hier komt hij samen met de ‘Club van de vrolijkheid’ – een vriendengroep – om te spelen, huiswerk te maken, naar verhalen te luisteren, enz. Op zondag gaan ze samen naar deze kerk. In Chieri ontwikkelt Don Bosco zijn talenten als kunstenaar, acrobaat, sportman, animator en (bege)leider. Aan het einde van de voormiddag bezoeken we nog de Dom waar Don Bosco geregeld gaat bidden bij het beeld van OLV van Genade.

In deze kleine ruimte verbleef Don Bosco een aantal maanden. Hier studeerde hij, las hij, at hij, sliep hij… (c) J.V.

Rond de middag picknicken we uitgebreid in de schooltuin. Het mooie weer lonkt de kinderen naar het meer van Avigliana. Wij wagen de klim naar de Basilica de Superga, vanwaar we een schitterend uitzicht hebben op Turijn en de Alpen. De kerk zelf is niet te bezichtigen wegens onderhoudswerken, maar achter de basiliek vinden we een gedenkplaat voor de spelers van het voetbalteam van AC Torino die omkwamen toen hun vliegtuig in 1949 crashte op de heuvel.

Herdenkingsmonument voor de verongelukte voetballers (c) J.V.

Zo komen we ietwat vroeger dan gepland terug aan in ons verblijf. Tijd die dankbaar ingevuld wordt met wat lectuur. Na de maaltijd is het de beurt aan Kristine voor het avondwoordje, dit keer in de tuin aan de Mariagrot. We zitten achteraf nog even gezellig bijeen. De wijn smaakt…

Ook zij had een droom…
Vandaag is het stiller dan anders tijdens het ontbijt. Zou de vermoeidheid (bij de kinderen) al een klein beetje toeslaan? We krijgen een grote picknickmand mee en rijden anderhalf uur verder naar Mornese. Dit kleine dorpje ligt in een bergachtige streek ten noorden van Genua. Hier zijn we te gast in het bezinningscentrum van de zusters van Don Bosco, gebouwd naast het geboortehuis van Maria Mazzarello. Zij groeit op als oudste van tien kinderen in een landbouwersgezin. Ze werkt er, net als haar vader, in de wijngaarden en engageert zich in de parochie waar ze zich aansluit bij een pas opgericht groepje van jonge meisjes die door vorming, gebed en engagement hun geloof gestalte willen geven. Als jonge vrouw trekt ze zich het lot aan van de meisjes in haar dorp. Ze geeft hen catechese en richt voor hen een naaischooltje op, waardoor de meisjes een vak kunnen leren. Als Don Bosco een bezoek brengt aan het dorp raakt ze met hem in gesprek en – onder de indruk van zijn aanpak van de dingen – besluit ze in te gaan op zijn uitnodiging om een vrouwencongregatie te stichten. In 1872 is de stichting van de Dochters van Maria Hulp der Christenen (ook wel de Zusters van Don Bosco genaamd) een feit.

In het geboortehuis van Maria Mazzarello (c) J.V.

Rond de middag rijden we de berg op naar Valponesca waar we een schaduwrijk plekje opzoeken voor de picknick. Na een wedstrijdje pruimenpitten-spuwen volgt voor de volwassenen – ter vervanging van het avondwoordje – een stiltemoment in de natuur, terwijl de kinderen hun ‘droom’ uittekenen. We laten de auto’s staan en dalen af naar het dorp – een verraderlijk tochtje tussen de velden en wijnranken. We geraken er zonder kleerscheuren en belonen onszelf prompt op een gelato en een stevige pint op een zonovergoten terrasje. Voor we terugkeren brengen we nog een bezoek aan het Collegio. Oorspronkelijk bedoeld voor de jongens van Mornese, wordt het Collegio ter beschikking gesteld van Maria Mazzarello en haar jeugdwerk. Vindt Kristine hier de nodige inspiratie voor de verdere groei van de meisjeswerking van jeugdhuis De Takel? 

De afdaling tussen de wijnvelden (c) J.V.

Terug in Avigliana frissen we ons wat op om ‘op restaurant’ te gaan. Het wordt een ware queeste maar uiteindelijk smullen we met z’n allen van een ove(n)(r)heerlijke pizza. Stilaan vallen de mondjes maar ook de oogjes dicht.

Zich thuis voelen
15 augustus. Feestdag én vrije dag. Tijdens het ochtendwoordje op het ‘Feest van Maria ten hemel opgenomen’ bij de Mariagrot verduidelijkt Johan de sterke band tussen Maria en Don Bosco. Al van in zijn kinder- en jeugdjaren speelt Maria een belangrijke rol in zijn geloofsgroei. Hij had altijd een groot vertrouwen in haar en haar helpende nabijheid. Het is voor hem vanzelfsprekend dat zij mee aan de basis lag van zijn jeugdwerk. Hij heeft haar ervaren als een zorgzame moeder, de Hulp der Christenen. In de Constituties van de Salesianen van Don Bosco lezen we: “We leren de jongeren Maria kennen en beminnen als diegene die geloofd heeft, hulp biedt en hoop”.

Beide gezinnen met kinderen beslissen om ter plaatse te blijven. Ze bezoeken er de abdij Sacra di San Michele boven op de berg (962m). Deze Benedictijnerabdij is één van de belangrijkste Romaanse bouwwerken van Europa. Naar het schijnt vond Umberto Eco hier inspiratie voor zijn boek ‘De Naam van de Roos’. De rest van de dag is het heerlijk vertoeven aan en in het Lago Grande.

Basiliek van Maria Hulp der Christenen in Valdocco, Turijn (c) J.V.

Wij gaan ondertussen op voorverkenning naar Turijn en de wijk Valdocco. In Turijn volgt Don Bosco nog twee jaar moraal- en pastoraaltheologie aan het Convict. Ondertussen leert hij door zijn omgang met straatkinderen en zijn bezoeken aan de jeugdgevangenis de problematiek van de jongeren kennen. Diep getroffen door hun situatie zal Don Bosco later radicaal hun zijde kiezen en hen een toekomst geven. Op zoek naar een vaste verblijfplaats voor zijn ‘oratorio’ ziet hij zich de eerste jaren genoodzaakt rond te trekken met zijn ‘jeugdwerk’. Pas in Valdocco, een volkse buitenwijk, zal hij een definitieve stek vinden in het Pinardi huis. Hier bouwt hij zijn ‘oratorio’ uit, een plaats waar jongens samenkomen om te leren, te spelen, te bidden en te vieren, vrienden te vinden, zich thuis te voelen. Hij zal er verblijven tot aan zijn dood in 1888.

In dit huis bouwde Giovanni zijn eerste oratoria uit. Let op de waterpomp in het midden. De uitdrukking ‘Loop naar de pomp’ vond hier zijn oorsprong. (c) J.V.

De vijf(!) eucharistievieringen in de voormiddag laten ons niet toe om de Basiliek van Maria Hulp der Christenen te bezichtigen, maar zelf wonen we de viering om 11 uur bij in een bomvolle kerk. Dankzij de volgblaadjes bidden en zingen we mee als ‘echte’ Italianen. Na de mis trekken we de stad in. We genieten er van een frisse salade op een terrasje en wandelen via de winkelstraat tot aan de Po, die door Turijn stroomt. Vooraleer de stad te verlaten, lopen we nog even binnen in de Consolata (kerk van OLV-Troosteres). De kerk bestaat eigenlijk uit drie kerken die in elkaar overlopen en was (is) een soort bedevaartsplaats voor de eenvoudige volksmensen uit Turijn en omstreken. De meer dan 2000 ex-voto’s zijn de stille getuigen van de dankbaarheid voor de genezingen en de gunsten die mensen van Maria verkregen hebben . Wegwerkzaamheden verhinderen ons een bezoek te brengen aan de monumentale Santo Volto kerk, gebouwd op de gronden van de voormalige Fiat fabriek. Terug in Avigliana praten we, na het avondmaal en het avondwoordje, nog wat na bij een hapje en een drankje.

Het schrijn met het stoffelijk overschot van Don Bosco in de Basiliek van Maria Hulp de Christenen © J.V.

Het zijn mijn vrienden
Na het ontbijt vertrekken we, op deze laatste dag, nu met z’n allen naar Turijn. Vandaag krijgen we gelegenheid om de kerk te bezichtigen. In de verschillende zijaltaren wordt het stoffelijke overschot bewaard van Don Bosco, Dominiek Savio en Maria Mazzarello. Verder sieren indrukwekkende schilderijen de wanden en staat het Mariabeeld centraal, dat elk jaar op 24 mei (Feest van Maria Hulp der Christenen) door de straten van Turijn rondgedragen wordt. De kamers waar Don Bosco verbleef staan in de stellingen en zijn momenteel niet toegankelijk, maar een bezoek aan de maquettes, die de verschillende (bouw)fasen van het domein illustreren, geven ons een inkijk in het leven en werk van Don Bosco.

Jaarlijks wordt dit Mariabeeld meegedragen op het Feest van Maria Hulp der Christenen (c) J.V.

Het is stilaan tijd voor de picknick en daartoe krijgen we van Kristine een opdracht. Voorzien van de nodige centjes worden we op weg gestuurd naar de markt op de Piazza della Repubblica.  Deze dagelijkse markt is een belangrijke plaats voor Don Bosco omdat hij er geconfronteerd wordt met de uitzichtloze situaties van de jongeren die hij er ontmoet. Het was oorspronkelijk een soort voddenmarkt. Niet alleen de jongeren, maar ook de gewone mensen, die er rondhangen en iets proberen te verkopen, worden Don Bosco’s vrienden. Zo ontmoet hij hier de 8-jarige Michele Rua, die zijn eerste opvolger zou worden. Vandaag kan je er zowat alles kopen en dus voorzien we onszelf van het nodige brood, beleg en fruit, dat we onder een stralend zonnetje in het park verorberen.

In de namiddag was een bezoek gepland aan het Egyptisch Museum, maar door een verkeerde inschatting raken we de weg kwijt. Een grote gelato biedt troost aan volwassenen en kinderen. Na de obligate inkopen in de Don Boscoshop keren we in de late namiddag terug en vieren als slot van onze reis samen eucharistie in de kapel van ons gastverblijf. Met zicht op het meer laten we ons nog één keer culinair verwennen in een plaatselijk restaurant. We spoelen onze reis door met een fris wit wijntje en de belofte dat we elkaar terugzien in oktober. Het is goed geweest! Laat ons nu het werk dat Don Bosco begon – in onze tijd en op onze eigen manier – verder zetten.

(Johan & Kristine)

De vrolijke bende waarmee we naar Turijn trokken © J.V.