Nieuwe iconen in St.-Theresiakerk, geschonken door Rob Tas
Op zaterdag 29 juni gaan we feestend de vakantie in samen met het koor Jovo Sas en maken we eveneens kennis met 2 nieuwe iconen voor de kerk gemaakt en geschonken door Rob Tas, een oud-Bredenaar. We gaan, na de viering, er een glaasje op drinken in het gezelschap van de milde schenker en zijn familie. Alle aanwezigen worden uitgenodigd voor een natje en een droogje alvorens we elkaar een fijne vakantie toewensen.
Hieronder nog een stukje over Rob Tas door Flor Vandekerckhove:
ROB TAS, EEN GELEERDE, GEËNGAGEERDE CHRISTEN-MENS
De laatste keer dat ik hem zag sprak hij met een Nederlands accent en elk woord werd vergezeld van rookwalmen die hij eerst geïnhaleerd had. In Nederland kon hij toen, via de ‘spiriteinen’, drie jaar studeren aan het Theologisch Instituut van Eindhoven. Ik wist niet beter dan dat hij pater geworden was. Nu zie ik hem weer, hij is een van de mensen die ik opspoor nadat ik hen eerst een halve eeuw lang uit het oog verloren ben. Neen, Rob Tas (°1947) is geen pater geworden, wel echtgenoot, vader van drie en grootvader van zeven. Dat Hollandse accent is hij kwijt, van de tabak is hij af, maar de Nederlandse ervaring is wel aan hem blijven kleven. Nederland gidsland!
Wanneer Rob naar België terugkeert is dat om hier verder te studeren. Eerst werk zoeken, er is geen geld, maar de studies komen er wel. Hij heeft het over godsdienstwetenschappen en theologie, filosofie en psychotherapie.
Zo spreekt hij nu ook, als een godsdienstwetenschapper, theoloog, filosoof en therapeut: de verlichting is in de zevende eeuw voor Christus ontstaan, Maria is de eerste geëmancipeerde vrouw, een ondergrondse grot is een vulva, de iconoclasten waren niet eens zo’n beeldenstormers… Sigmund Freud, Carl Rogers, Karl Marx, Martin Heidegger, Samuel IJsseling…
Rob is een mens waarvan ik geneigd ben te zeggen dat hij te veel boeken gelezen heeft (‘for ever reading, never to be read!’). Maar dat is onterecht, want in de Kempen, waar hij woont, heeft hij, tussen het verorberen van al die boeken, ook 33 jaar lesgegeven. In harmonie met Marijke, zijn echtgenote, leidt hij daarenboven een toch wel sterk geëngageerd leven. Schrijven voor Amnestie International, actief bij Christenen voor het socialisme, op weg voor AMIE (op de website van die organisatie vind je Rob als contactpersoon). Als ik hem in één zin moet vatten: een geleerde, geëngageerde christenmens.
Ik moet een beetje kort zijn, want er valt nog iets heel anders te zeggen. Alsof ze onze nakende afspraak geroken heeft stuurt Jeannot me enkele dagen geleden een bericht: ‘Ik mocht deze week 2 iconen in ontvangst nemen, voor onze kerk, geschilderd en geschonken door Robert Tas, een oud-Bredenaar. Zou je een stukje over hem kunnen schrijven? Hij woont nu in Geel en ik denk dat je hem beter hebt gekend dan ik. Ik zou dan dit stukje willen “lenen” voor de website en het blaadje van onze federatie (parochiebad). Wil je dat doen?’
Dat ik dát nog mag meemaken! Dat men uitgerekend mij — oude trotskist, antiklerikaal en atheïst — vraagt iets voor het parochieblad te maken! Iemand moet dit zeker melden aan Dirk Demaeght, de destijds door mij veelbelaagde aalmoezenier ter zeevisserij.
Maar goed, voor Jeannot wil ik dat wel doen. Helaas, driewerf helaas: ik moet me wellicht onbekwaam verklaren. In de foto’s van Robs iconen zie ik alleen maar santjes. Dat komt natuurlijk doordat ik er niets van ken. Tas legt me uit dat het schilderen van zo’n icoon een ritueel is. Je respecteert strenge, eeuwenoude regels van techniek, vorm en inhoud. Je kopieert. Elke mens, waar ook ter wereld, moet direct het beeld herkennen: geen meerduidigheid! Waaruit ik besluit dat het geen kunst is. Het is er zelfs het tegendeel van: kunst kan juist niet ingekapseld worden in één concept of één omschrijving. (Volgt een kort gesprek over de 28 verschillende definities van kunst.)
Nog een geluk dat we met een praktisch voorbeeld kunnen afsluiten. Mary Oliver is een Amerikaanse dichteres. Ze is onlangs gestorven. Haar gedicht The Swan is ongetwijfeld kunst. Ik plaats het hieronder, lees dat! En vervolgens moet ge daar een beetje over nadenken, want in deze is het zoals Rob Tas het ons, in een door hem gekozen zin, meegeeft: ‘Denken is na-denken omtrent die-/datgene die/wat ons te denken wordt gegeven.’ En ge zult begrijpen dat Rob dat gedicht anders leest dan u, zijn echtgenote Marijke anders dan Jeannot, aalmoezenier Demaeght anders dan ik, de ene anders dan de andere. En dat, niettegenstaande al dat verschil, we toch allemaal van onze sokken geblazen worden door zoveel schoonheid.
(Flor Vandekerckhove).